
Sinds de gebeurtenissen van 7 oktober hebben zich aan diverse universiteiten in Nederland, waaronder de Universiteit Utrecht, talrijke demonstraties voorgedaan. Waar dit aanvankelijk beperkt bleef tot enkele vlaggen en uitingen van steun aan de Palestijnse zaak, is er gaandeweg sprake van een verharding in toon en vorm. Daarbij worden steeds vaker leuzen en symbolen zichtbaar die door velen als antisemitisch worden ervaren. Aanvankelijk was er waardering voor de manier waarop de Universiteit Utrecht de balans leek te zoeken tussen het waarborgen van vrijheid van meningsuiting en het beschermen van de veiligheid van alle studenten. De huidige situatie wekt echter de indruk dat de universiteit onder druk van radicaal activisme concessies doet die ingrijpende gevolgen hebben voor de academische gemeenschap. Zo zijn er samenwerkingsverbanden met Israëlische universiteiten beëindigd, voelen Joodse en/of Israëlische studenten zich onveilig en ongewenst, en wordt het studentenleven verstoord door bezettingen en intimiderende vormen van protest. Tot slot blijkt uit het artikel van het AD (zie link) en vele signalen, dat de huidige gespreksvormen en ondersteuningsmogelijkheden voor Joodse studenten onvoldoende toereikend zijn om een veilige studieomgeving te waarborgen. Daarom heb ik deze brief verstuurd.
Reactie plaatsen
Reacties